Er is meer steun voor harde acties tegen de overheid bij mensen die weinig vertrouwen hebben in de politiek en vinden dat de politiek niet naar hen luistert. Bijna één op de vijf Nederlanders vindt zelfs dat de overheid zo slecht functioneert, dat het hele systeem maar het beste omvergeworpen kan worden. Maar dat mensen harde acties steunen, betekent niet dat ze ook zelf in actie komen. Dat doen de meeste mensen niet. Verreweg de meeste Nederlanders steunen het recht om te demonstreren, maar keuren geweld of ordeverstoringen bij demonstraties en protest af. Dit blijkt uit onderzoek van het Sociaal en Cultureel Planbureau (SCP) dat is verschenen. Voor het onderzoek werden in augustus 2023 1785 LISS panelleden uitgenodigd, 1339 (75 procent) heeft eraan meegedaan.
Geen onvoorwaardelijke steun voor demonstraties
Naast het uitbrengen van je stem bij verkiezingen is demonstreren en protesteren een manier voor mensen om hun stem te laten horen. Het aandeel Nederlanders dat meedoet aan protesten is klein (zes procent), maar het aantal demonstraties is de laatste jaren flink toegenomen.
Twee derde van de Nederlanders (65 procent) steunt het vreedzaam hinderen van de regering door protesten en demonstraties. Dat aandeel is de laatste jaren stabiel gebleven. Maar gewelddadige demonstraties waarbij bijvoorbeeld vuurwerk wordt gegooid of auto’s worden vernield, worden door bijna iedereen afgekeurd. De steun voor vreedzame demonstraties blijkt trouwens niet alleen een principiële aangelegenheid. Mensen die het inhoudelijk niet eens zijn met het onderwerp van de demonstratie, zijn iets vaker geneigd om een demonstratie af te keuren.
Weinigen bereid zelf in actie te komen
Twaalf procent van de Nederlanders geeft aan dat de kans groot is dat ze zelf in actie komen als de Tweede Kamer een wetsvoorstel behandelt dat ze zeer onrechtvaardig of verkeerd vinden. De grootste groep (72 procent) geeft aan dat die kans klein is. Bijvoorbeeld omdat ze denken dat het geen zin heeft, ze vinden dat er andere manieren zijn om afkeuring te uiten (zoals verkiezingen of het tekenen van een petitie), of omdat ze zich neerleggen bij de uitkomsten van het democratisch proces.
Aandacht voor minderheid die harde acties steunt
Bijna één op de drie Nederlanders geeft aan dat er hardere actie nodig is tegen de overheid als ze keer op keer niet luistert. Achttien procent vindt dat de overheid zo slecht functioneert dat het hele systeem het beste omvergeworpen kan worden. Zes procent geeft aan dat de overheid het verdient om hard (desnoods met geweld) aangepakt te worden. Voor de meeste mensen ontstaat de steun voor harde acties uit onvrede over het functioneren van de politiek, de opeenstapeling van maatschappelijke en sociale problemen in Nederland en het aanhoudende gevoel dat de politiek niet naar mensen luistert. Mensen die zich niet gehoord voelen, vinden vaker dat de overheid het verdient om hard te worden aangepakt.
Hoewel de meeste mensen geweld afkeuren en het steunen van acties iets anders is dan er zelf aan meedoen, steunt een minderheid de harde acties dus wel. Ook als maar een klein deel echt tot actie overgaat, kunnen gewelddadig en antidemocratisch gedrag de democratische rechtsstaat ondermijnen. Maar de meeste mensen benadrukken dat er vreedzame en democratische manieren zijn om onvrede te uiten of voor verandering te zorgen. Zo kan voor een deel van de mensen het systeem al ‘omvergeworpen’ zijn door de val van het kabinet-Rutte IV en de daaropvolgende verkiezingen. Verder onderzoek is nodig om te kunnen aangeven wat mensen precies verstaan onder hard aanpakken en het omverwerpen van het (overheid)systeem.
Bron afbeelding: Burgerperspectieven 2023 – Bericht 3.
Dit onderzoek naar de mening van burgers over protesten en demonstraties is onderdeel van het Continu Onderzoek Burgerperspectieven (COB). Met het COB onderzoekt en verklaart het SCP meerdere keren per jaar waarover burgers zich zorgen maken, wat ze belangrijk vinden en hoe ze het vinden gaan met de maatschappij en de politiek.
Het volledige rapport van het onderzoek uit augustus is hier te vinden.