Tussen 19 oktober 2020 en 28 maart 2021 hebben onderzoekers van Tilburg University in opdracht van het ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport in het LISS panel vier keer een vragenlijst afgenomen over de CoronaMelder app. De eerste keer was net na de lancering van de app op 10 oktober 2020. In januari 2021 hebben wij op deze website al een paar resultaten uit het eerste onderzoek aan u laten weten; zie het stukje ‘De CoronaMelder app (januari 2021)’. De vierde keer werd een vragenlijst afgenomen tussen 15 en 28 maart. In mei verscheen de eindrapportage van de onderzoekers.
Een paar conclusies na vier metingen (meer conclusies zijn te vinden in hoofdstuk 4 van het vierde rapport; zie bronvermelding onderaan deze pagina)
Gebruik
Van alle respondenten waren meer dan 9 op de 10 (93.3%) in meer of mindere mate bekend met de CoronaMelder en dit percentage was niet sterk anders in de vorige meting. Daarnaast gaf bijna een derde (31.7%) aan dat hij/zij de CoronaMelder op dit moment [dat wil zeggen in maart 2021, red.] gebruikt.
Het aandeel dat de CoronaMelder in het verleden heeft gebruikt, maar op dit moment [maart 2021] niet meer, is gestegen van 1.6% (meting 1) naar 6.7% (meting 4). Net als in de derde meting, is de overgrote meerderheid (96.5%) van de gebruikers van plan om de app de komende twee maanden te blijven gebruiken. Dit komt waarschijnlijk omdat het geen moeite kost om de app te blijven gebruiken als deze eenmaal is geïnstalleerd.
Van de gehele Nederlandse bevolking is niet bekend hoeveel mensen de app weer verwijderd hebben. Redenen om de app te deïnstalleren zouden kunnen zijn: een hoog energieverbruik; stress dat wordt verergerd door het gebruik van de app; of een teleurstellende ervaring (bijvoorbeeld onterechte meldingen)
Van de respondenten die de CoronaMelder nog nooit hebben gebruikt, gaf bij de vierde meting 3.3% aan van plan te zijn om de app te gaan gebruiken in de komende twee maanden, tegenover 18% in de eerste meting. Dat dit cijfer is gedaald, kan komen doordat een deel van de respondenten die van plan was om de CoronaMelder te gebruiken, dit ook echt hebben gedaan. Een andere verklaring kan zijn dat een deel van de respondenten die eerder aangaf de CoronaMelder te gaan gebruiken, dit nu niet meer wil.
De niet-gebruikers van de app die dit wel van plan zijn en degenen die hier neutraal in staan zouden door juiste informatie misschien gestimuleerd kunnen worden. Degenen die zeggen de app niet te gaan gebruiken zouden moeten worden overtuigd.
Opleiding en inkomen
Net als in de vorige drie metingen, hangen opleidingsniveau en netto maandinkomen samen met de gebruikersstatus. Hoger opgeleiden gebruiken de CoronaMelder vaker dan lageropgeleiden, en hetzelfde patroon is te zien met betrekking tot maandinkomen. Er is geen verschil in gebruik van de CoronaMelder op basis van geslacht.
Algemene opvattingen over het coronavirus
Er doen veel waar- maar ook onwaarheden de ronde met betrekking tot het coronavirus. De respondenten werd gevraagd of ze dachten dat het waar is dat het coronavirus een biologisch wapen is, en dat het met (de aanleg van) het 5G netwerk te maken heeft. 16% dacht dat het coronavirus (misschien of zeker) een biologisch wapen is en 6.4% dat er een verband met 5G is. Deze percentages zijn niet hoger dan bij de vorige meting, maar het zijn relatief hoge percentages, en dus het is belangrijk om dit soort misconcepties te weerleggen.
Hoewel het aantal mensen dat gelooft in complottheorieën over het algemeen mee lijkt te vallen, is het wel opvallend hoe groot hier de verschillen zijn tussen de groep huidige gebruikers en de groep niet-gebruikers. Zo denkt 10.9% van de gebruikers en 18.3% van de niet-gebruikers dat het coronavirus een biologisch wapen is. Dat hierover zo wordt gedacht, heeft misschien te maken met onduidelijkheden die bestaan rondom het coronavirus in het algemeen, zoals bijvoorbeeld over de oorsprong ervan. De cijfers uit dit onderzoek benadrukken het belang van het corrigeren van mogelijke misvattingen. Wat zou kunnen helpen om deze te weerleggen is om de bevolking niet alleen op de hoogte te houden van de actuele stand van zaken (zoals aantal infecties per dag), maar om ook duidelijk te communiceren over feiten en misvattingen over het virus.
Verwachte effectiviteit
Eerder onderzoek wees al uit dat de overtuiging dat de CoronaMelder bijdraagt aan de bestrijding van het coronavirus een belangrijke motivatie is om de app te gebruiken. Nederlanders lijken volgens eerdere studies sceptisch tegenover de effectiviteit van de CoronaMelder te staan, met name in de leeftijdscategorie 31-49 jaar, een belangrijke reden voor deze groep om de app daarom niet te installeren.
Maar in dit onderzoek in het LISS panel vindt ongeveer de helft van de respondenten dat de CoronaMelder effectief is in de bestrijding van het coronavirus (46.6%) en ter bescherming van kwetsbare mensen (48%). Deze percentages liggen duidelijk hoger bij gebruikers dan bij niet-gebruikers (bijdrage bestrijding: 89.1% tegen 26%; beschermen risicogroepen: 77.6% tegen 33.5%).
Niet-gebruikers zouden misschien kunnen worden overgehaald de app te gebruiken als blijkt dat het effectief is in de bestrijding van het virus.
Het percentage dat verwacht dat de CoronaMelder effectief is bij het beschermen van mensen met een kwetsbare gezondheid is zeer licht toegenomen (48%) ten opzichte van de derde meting waardoor het weer iets dichter in de buurt komt van het niveau uit de eerste meting (48.8%). Als men denkt dat de effectiviteit van de CoronaMelder voor de kwetsbare groep groter is, zou in de communicatiestrategie de focus kunnen liggen op het helpen van anderen. Door het benadrukken van de maatschappelijke voordelen dan het communiceren van de persoonlijke voordelen, (of het communiceren van een combinatie van de persoonlijke en maatschappelijke voordelen) is de kans groter dat de app wordt gebruikt. Respondenten vinden het erger om andere mensen te besmetten, dan om zelf besmet te raken.
Over het algemeen schat men in dat een (zeer) hoog gebruik van de app nodig is om bij te dragen aan het tegengaan van de verspreiding van het coronavirus. De meesten gaven aan dat 76 tot 90% van de mensen de CoronaMelder moet gebruiken om effectief te zijn (31.8%). Als duidelijker wordt gecommuniceerd dat de effectiviteit van de CoronaMelder afhankelijk is van het aantal mensen dat deze app installeert, maar dat er ook al een bijdrage is aan de bestrijding van het virus bij een lager gebruik, is men misschien meer bereid om de app te installeren.
Vertrouwen in de (bluetooth) techniek
Een overgroot deel (83.3%) van de respondenten gelooft dat de techniek (bluetooth) die gebruikt wordt in de CoronaMelder inderdaad kan aangeven wie er in de buurt is geweest van een persoon die besmet is. Dit getal lag belangrijk lager bij respondenten die de app nog nooit gebruikt hadden dan bij respondenten die de app gebruikten. Ook onder niet-gebruikers gold dit nog bij bijna 8 op de 10 (79.6%) respondenten, dus over het algemeen lijkt men het vertrouwen te hebben dat de techniek geschikt is. Deze factor is stabiel (hoog) over de vier metingen.
Privacy
Het merendeel van de gebruikers (85%) van de CoronaMelder gaven in de vierde meting aan dat ze van mening zijn dat informatie in de CoronaMelder app strikt vertrouwelijk wordt gehouden, terwijl iets meer dan de helft (55%) het hiermee eens is onder de niet-gebruikers. Over de hele populatie is het percentage dat het eens is met deze uitspraak licht afgenomen tussen de vierde (65.9%) en de derde meting (68.7%)
Net als in de eerdere metingen is er gevraagd of men denkt dat de CoronaMelder de locatie en persoonsgegevens bijhoudt. Bijna 6 op de 10 van de huidige gebruikers (56.8%) denkt dat de CoronaMelder de locatie van de gebruiker bijhoudt, terwijl bijna 7 op de 10 (67.7%) van de niet-gebruikers dit denkt.
Tot slot zijn in deze vierde meting vragen gesteld over de mate van controle die de overheid zou kunnen krijgen, en de mate van macht die technologische bedrijven (zoals Google en Apple) zouden kunnen krijgen door de CoronaMelder. Hierbij geven ongeveer 3 op de 10 gebruikers (29.3%) aan dat de CoronaMelder volgens hen zorgt voor meer controle vanuit de overheid, terwijl iets meer dan de helft van de niet-gebruikers (54.6%) dit denkt. Van de gebruikers denkt iets meer dan een kwart (28.4%) en van de niet-gebruikers ongeveer de helft (50.9%) dat het gebruiken van de CoronaMelder zorgt dat technologische bedrijven meer macht krijgen. Voor beide uitspraken ligt het percentage van de niet-gebruikers dat het hiermee eens is aanzienlijk hoger dan het percentage van de gebruikers. Zorgen over de mogelijke gevolgen voor de (machts)positie van de overheid en technologische bedrijven kan dus meespelen in de keuze om de CoronaMelder wel of niet te gebruiken.
Gebruiksvriendelijkheid
Opvallend is dat een groot deel (21.9%) van de mensen die de CoronaMelder nog niet gebruiken, denkt dat het veel tijd en energie kost om deze te gaan gebruiken en een groot deel (26.3%) staat hierin neutraal. Daar staat tegenover dat van de mensen die de CoronaMelder al gebruiken, slechts 3.2% aangaf dat het inderdaad veel tijd en energie kost. Mogelijk is de app in de praktijk makkelijker te installeren en gebruiken dan men in eerste instantie verwacht.
Eerder onderzoek wijst uit dat als men het gevoel heeft dat men weet hoe de app te gebruiken, men eerder de app zal gebruiken. Bij de niet-gebruikers kan dit dus een drempel zijn voor installeren. In de communicatie naar de niet-gebruikers is het daarom goed om in te spelen op het gemak waarmee de CoronaMelder geïnstalleerd en gebruikt kan worden.
Persoonlijke voor- en nadelen van gebruik
Over het algemeen ligt het percentage respondenten dat voordelen (28.6%) en nadelen (17.8%) van het gebruik ziet relatief laag. Hier zit een groot verschil tussen de gebruikers (voordelen: 66.5% eens; nadelen: 6.9% eens) en niet-gebruikers (voordelen: 9.1% eens; nadelen: 23.5% eens). Het is een optie om inzicht in de voor- en nadelen te beïnvloeden via communicatiecampagnes. Aan de andere kant is het een optie om daadwerkelijk wijzigingen aan de app maken waardoor deze meer en grotere voordelen voor de gebruiker heeft. Er kan worden ingespeeld op de persoonlijke voordelen. Hieronder valt bijvoorbeeld het veilig houden van jezelf en anderen, de kans op risicovol gedrag verminderen, de economie herstellen, en de potentiële versoepeling van andere maatregelen wanneer het reproductiecijfer daalt. Ook kan men verschillende nadelen aan het gebruik van de CoronaMelder verbinden, zoals de zorgen over privacy, de maatschappelijke en ethische gevolgen op langere termijn, of angst.
Verplichting tot gebruik van de app
In de vierde meting wordt door 58% van de huidige gebruikers aangegeven dat zij het gebruik in meer of mindere mate als verplichting zien terwijl dit bij 3.3% van de niet-gebruikers zo is. Er is verder doorgevraagd om te onderzoeken wat de aard is van deze gevoelens van verplichting en waar deze gevoelens van verplichting vandaan komen. Er zijn maar weinig gebruikers die het eens waren met de uitspraak dat zij zich niet vrij voelen om te kiezen of ze de app gebruiken (7.9%). Daarnaast waren de gebruikers het ook minder vaak eens met de uitspraken dat het hen irriteert (2.8%) of boos maakt (2.1%) dat er wordt aangedrongen op het gebruiken van de CoronaMelder, vergeleken met de niet-gebruikers (37.7% irritatie, 25% boos). Het lijkt er dus op dat gebruikers niet het gevoel hebben dat op gebruik wordt aangedrongen, of dat zij het aandringen niet als irritant ervaren.
Mogelijk voelt men een maatschappelijke verplichting de app te gebruiken? Van degenen die aangaven het eens te zijn met de uitspraak dat men zich verplicht voelt om de CoronaMelder te gebruiken gaf 86.8% aan dat het gebruiken van de CoronaMelder wordt gezien als een maatschappelijke verplichting. Verder geeft in totaal 47.1% van de gebruikers aan dat het gebruiken van de CoronaMelder je een goed burger maakt, en 77.6% van de gebruikers is het eens met de uitspraak dat de CoronaMelder helpt om mensen met een kwetsbare gezondheid te beschermen. Daarnaast verwacht ongeveer de helft van de gebruikers (48.5%) dat het gebruiken van de CoronaMelder de Nederlandse economie helpt. Dit zijn allemaal uitspraken (goed burger zijn, mensen met kwetsbare gezondheid beschermen, economie helpen) waar de niet-gebruikers het in veel mindere mate mee eens waren, dus er lijkt een overkoepelend maatschappelijk belang te zijn wat waarschijnlijk bij de gebruikers een grote rol heeft gespeeld bij het besluit om de CoronaMelder te gaan gebruiken.
Aan degenen die aangaven het eens te zijn dat men zich verplicht voelt om de CoronaMelder te gebruiken is ook gevraagd vanuit welke bron deze verplichting gevoeld werd. Een relatief laag percentage (in ieder geval vergeleken met de 86.8% die het ziet als maatschappelijke verplichting) geeft aan het in meer of mindere mate eens te zijn dat de werkgever/opdrachtgever (7.9%), de school/opleiding (9.4%) of de overheid (11.6%) de respondent verplicht om de CoronaMelder te gebruiken.
Sociale invloeden
Net als bij de vorige drie metingen, denken de meeste respondenten (39.9%) dat 26%-50% van de bevolking de CoronaMelder gebruikt. Maar dit staat in contrast met de mate waarin men denkt dat mensen in hun eigen directe omgeving de CoronaMelder gebruiken. Net als in de vorige metingen zijn zeer weinig mensen het eens met de uitspraak dat veel mensen in de directe omgeving de CoronaMelder gebruiken (15.6%). Op deze uitspraak heeft ook ongeveer 35.8% ‘neutraal’ geantwoord, wat zou kunnen betekenen dat men het niet van anderen weet. Het gebruik van de CoronaMelder is relatief onzichtbaar vergeleken met bijvoorbeeld de mondkapjesmaatregel, wat ervoor zorgt dat men alleen van het gebruik van anderen te weten komt door erover te praten. Als daar geen aanleiding voor is (bijvoorbeeld aandacht in de media of het ontvangen van een melding) is het niet waarschijnlijk dat men erover praat. Met als gevolg dat mensen denken dat ze in een sociale groep zijn waarin niet veel anderen de CoronaMelder gebruiken, terwijl dit niet de realiteit hoeft te zijn.
Er is van dit onderzoek van elke meting een onderzoeksrapport verschenen. Het laatste rapport over meting 4 (van 7 mei 2021) is ook de eindrapportage. Bovenstaand stukje is een bewerkte versie van hoofdstuk 4 ‘Conclusies en aanbevelingen’ van dit laatste rapport.
Meer lezen? De vier rapporten vindt u hier: rapport meting 1, rapport meting 2, rapport meting 3, rapport meting 4/eindrapportage.