Er zijn door de coronapandemie nauwelijks meer mentale problemen onder Nederlandse jongeren van 16 tot 20 jaar. Ernstige angst- en depressieklachten onder deze groep namen tussen 2012 en 2020 niet toe. Het aantal mensen met milde klachten nam wel aanzienlijk toe, maar er zijn geen aanwijzingen dat deze toename in het coronajaar sterker was dan in andere jaren. Ook is er geen extra toename gevonden van slaapproblemen, vermoeidheid en het gebruik van medicijnen tegen angst en depressieve klachten. Negen maanden na de start van de pandemie was de psychische gezondheid onder 16-20 jarigen vergelijkbaar met die van vóór de corona-uitbraak. Voor dit onderzoek zijn drie groepen 16 tot 20-jarigen vergeleken: uit eind 2012, uit eind 2016 en uit eind 2020.
Uit de studie blijkt dat eind 2020 32% van de 16-20 jarigen kampte met milde angst- en depressieklachten. Dit was 20% eind 2016 en 24% eind 2012 . Hoewel het percentage met milde klachten is toegenomen, blijkt uit het onderzoek niet dat deze toename in de maanden na corona sterker was dan de toename in eerdere jaren. Verder blijkt dat deze jongeren in 2020 weliswaar vaker gebruik maakten van de GGZ, maar dat er in de jaren daarvoor ook al sprake was van een toename. Al met al wijzen de resultaten erop dat de coronapandemie een zeer beperkte negatieve invloed had op de mentale gezondheid van 16 tot 20-jarigen.
Naar aanleiding van dit onderzoek is een van de onderzoekers ook geïnterviewd voor NPO Radio 1. Het interview kunt u hier beluisteren (beginnen bij 00.32 minuten; duur 10 minuten).
Bron: P.G. van der Velden, H.J.A. van Bakel & M. Das (2022). Mental health problems among Dutch adolescents of the general population before and 9 months after the COVID-19 outbreak: A longitudinal cohort study. Psychiatry Research 311, 114528. De publicatie is open access en via deze link gratis te downloaden.