Een totaal van 16% van de Nederlandse bevolking werd in 2020 slachtoffer van fraude. En 42% van alle Nederlanders (16+) maakte een fraudepoging mee. Dit blijkt uit een eerste uitgebreide slachtofferstudie naar fraude in Nederland, uitgevoerd onder leiding van prof. dr. Marianne Junger van de Universiteit Twente. Junger: “Op basis van de gemelde schade in het onderzoek schatten we de totale schade jaarlijks op € 2,75 miljard.”
Aan het onderzoek werkten 2864 LISS panelleden mee, die in de periode 11 januari tot 2 februari 2021 werden bevraagd over fraudegebeurtenissen in 2020. Er waren vragen over 12 fraudecategorieën. 1) investeringsfraude, 2) aankoopfraude, 3) baanfraude, 4) prijsfraude, 5) schuldfraude, 6) goede-doelenfraude, 7) datingfraude, 8) vriend-in-noodfraude (waaronder Whatsapp-fraude), 9) phishing, 10) identiteitsfraude, 11) spoofing (waaronder helpdeskfraude) en 12) overige fraudevormen.
Het onderzoek werd uitgevoerd in opdracht van Stichting Achmea Slachtoffer & Samenleving (SASS), International Card Services (ICS), de Nationale Politie en de Nederlandse Vereniging van Banken (NVB). De resultaten zijn in maart aangeboden in de Tweede Kamer aan Kamerlid Anne Kuik, lid van de Vaste commissie voor Justitie en Veiligheid.
Schatting totale fraudeschade €2,75 miljard
Op basis van de resultaten in het onderzoek wordt de totale schade voor fraude door de onderzoekers geschat op €2,75 miljard [zie voetnoot 1]. Verliezen van slachtoffers zijn vaak klein, maar soms extreem groot. Hetzelfde geldt voor de psychologische impact op slachtoffers: een minderheid van de slachtoffers ervaart veel last.
Aankoopfraude [zie voetnoot 2] is de meest voorkomende fraudevorm met 11% slachtofferschap. Van andere fraudevormen, zoals bijvoorbeeld vriend-in-noodfraude (waaronder Whatsapp-fraude), datingfraude en spoofing (het aannemen van een andere identiteit, waaronder helpdeskfraude) wordt grofweg 1% slachtoffer.
Contact met de politie gering
Opvallend was dat slechts bij 12% van de incidenten slachtoffers achteraf contact opnemen met de politie. Ook bij andere partijen, zoals banken, creditcardmaatschappijen en betaaldiensten, wordt fraude niet heel vaak gemeld. Dit verschilt echter per type fraude en hangt af van de gebruikte betaalmethode. Bij spoofing (waaronder bankhelpdeskfraude) neemt bijvoorbeeld ruim de helft van de slachtoffers contact op met hun bank.
Jongeren vaker slachtoffer dan ouderen
Iedereen kan slachtoffer worden van fraude, blijkt uit het onderzoek. Socio-demografische variabelen als leeftijd en geslacht spelen maar een beperkte rol. Wel worden jongeren vaker slachtoffer dan ouderen, in tegenstelling tot wat vaak gedacht wordt (jongeren t/m 35 jaar oud: 21,5% slachtoffers; ouderen: 13,1% slachtoffers). Dit zou kunnen komen omdat jongeren meer online zijn.
Fraudepreventie
Impulsiviteit en kennis over fraude blijken belangrijke voorspellers van slachtofferschap. Impulsieve personen worden vaker slachtoffer, vermoedelijk doordat ze (te) snel beslissingen nemen (niet-impulsief: 14,7% slachtoffers; impulsief: 28,6% slachtoffers). Personen met meer kennis over fraude kunnen fraudepogingen beter weerstaan, waardoor zij minder vaak slachtoffer worden (respondenten die een fraudepoging meemaakten met weinig kennis: 53,3% slachtoffers; veel kennis: 32,2% slachtoffers). Junger: “Uit onze studie blijkt dat het aantal slachtoffers kan dalen als mensen beter op de hoogte zijn van de werkwijze van fraudeurs. Ook het tegengaan van snelle beslissingen kan helpen bij het verminderen van slachtoffers. Denk bijvoorbeeld aan een simpele dubbele check voordat een betaling gedaan wordt. Ook aanpassingen in het ontwerp van handelsplatforms zouden hierbij kunnen helpen.”
Eerste uitgebreide slachtofferstudie in Nederland
Over de hele wereld lijkt fraude steeds meer slachtoffers te maken. Terwijl de meeste vormen van criminaliteit afnemen, is er in fraudestatistieken een stijging zichtbaar. Het zicht op fraude is echter beperkt, omdat slachtoffers niet altijd aangifte doen. Een slachtofferstudie kan een completer beeld van het fraudeprobleem leveren.
Voetnoten
[1] De totale schade is gebaseerd op de gewogen gemiddelde schade van respondenten uit de slachtofferstudie (€ 189). Dat bedrag is vermenigvuldigd met de grootte van de Nederlandse bevolking van 16 jaar en ouder.
[2] Gedefinieerd als betalen voor een product dat of dienst die nooit geleverd is of anderzijds oplichting bleek. Bij 82,2% van de aankoopfraudegevallen werd niet geleverd.
Meer informatie
Slachtoffers van fraude wordt aangeraden om contact op te nemen met de Fraudehelpdesk en met de partij waarbij de schade heeft plaatsgenomen. Meer informatie over het onderzoek vind je hier.
Bron van bovenstaande tekst: persbericht University of Twente. Illustratie: Kim Hovestad
Het onderzoeksrapport vind je hier.