Hoe staat het met de digitale vaardigheden van Nederlanders? (juni 2023)

Digitalisering wordt steeds belangrijker. In opdracht van het ministerie van Binnenlandse Zaken en Koninkrijkrelaties is in het LISS panel onderzoek gedaan naar digitale vaardigheden, met als doel in kaart te brengen welke doelgroepen tegen welke problemen aanlopen. Hierbij is gekeken naar zogenaamde 'kristische vaardigheden'. Dat is bijvoorbeeld: kan iemand een zoekopdracht uitvoeren, een product kopen via internet, nepnieuws herkennen, phising herkennen, en kan iemand sociale media gebruiken. 

In februari 2023 hebben 1436 LISS panelleden hieraan meegedaan, maar alleen de data van 1392 panelleden zijn gebruikt, omdat de overige panelleden minder dan 5 minuten deden over het invullen van de vragenlijst. De invulduur zou rond de 15 minuten moeten zijn.

Eerst is gevraagd welke apparaten panelleden thuis allemaal gebruikten.

  • 93,5% gebruikt een smartphone
  • 78,9% gebruikt een laptop
  • 48,0% gebruikt een tablet
  • 25,7% gebruikt een desktop


Daarna werd gevraagd naar knoppenkennis, naar hoe iemand zijn eigen digitale vaardigheden inschatte, naar kritische digitale vaardigheden (zoals informatie en communicatie) en naar oorzaken (vertrouwen, angst, schaamte) voor het ontbreken van digitale vaardigheden.

Bijna de helft van de panelleden is (heel erg) bezorgd dat persoonlijke informatie door de overheid wordt gebruikt (47,5%) en is zelfs nog iets bezorgder dat dit door bedrijven (61,1%) wordt gebruikt. Maar 6,2% (voor overheid) en 3,2% (voor bedrijven) van de panelleden is hierover helemaal niet bezorgd. Mensen ouder dan 35 jaar zijn over het algemeen bezorgder hierover het gebruik van hun persoonlijke informatie.

De knoppenkennis is het algemeen hoog. Knoppenkennis is een vereiste voor de meer kritische digitale vaardigheden. Het grootste deel van de panelleden (meer dan 94,8%) kan een e-mail
versturen, een bestand of bijlage openen, een tekstbericht versturen, een internetbrowser vinden en opene,n en een bestand als bijlage aan een e-mail toevoegen. Voor minder dan 2,5% is het (erg) lastig om deze dingen uit te voeren.

Wanneer panelleden hun eigen digitale vaardigheden inschatten, blijkt dat de meesten géén moeite hebben met het overmaken van geld via internetbankieren (96,6%) en het inloggen met een DigiD (96,6%).

Kritische digitale vaardigheden
Bijna 80% weet de beste zoekwoorden voor online zoekopdrachten te kiezen, in de browsergeschiedenis een website te vinden die eerder is bezocht, en de uitgebreide zoekfuncties in zoekmachines te gebruiken. (Bijna) 70% weet te bepalen of een website te vertrouwen is en te controleren of de informatie die online gevonden wordt waar is.

Kritische communicatievaardigheden
Wanneer het om deze vaardigheden gaat, weet meer dan 80% wanneer het gepast is om emoticons te gebruiken en hoe de microfoon uit te zetten of het beeld uit te schakelen in online gesprekken. Meer dan 60% weet het verschil tussen gesponsorde en niet-gesponsorde berichten, hoe ze negatieve reacties op sociale media moeten melden en hoe te verwijzen naar inhoud van iemand anders. Iets meer dan de helft weet te herkennen wanneer iemand online gepest wordt.

Kritische content creatie vaardigheden
Meer dan 70% weet dat bedrijven gewone mensen betalen om hun producten te gebruiken in de video’s of foto’s die ze online plaatsen. Verder weet 60% of meer dat het eerste zoekresultaat van een online zoekmachine niet altijd de beste informatiebron is en dat niet iedereen dezelfde zoekresultaten te zien krijgt wanneer via een online zoekmachine naar iets wordt gezocht. Iets meer dan de helft weet dat het gebruik van hashtags de zichtbaarheid van een online bericht vergroot. En iets minder dan de helft weet dat het eerste bericht op een sociale media tijdlijn niet altijd als laatste door een van zijn/haar contacten geplaatst is.

Inschatten van de eigen digitale vaardigheden
Over het algemeen blijkt dat mannen, jongeren, hoger opgeleiden en mensen die werken of studeren hun eigen digitale vaardigheden hoger inschatten. Ook schatten zzp’ers hun kritische content vaardigheden hoger in. Maar mensen met een migratieachtergrond en mensen die religieus zijn schatten hun eigen digitale vaardigheden lager in.

Aanbevelingen
Mensen met weinig digitale vaardigen hebben een sterke angst om dingen verkeerd te doen. Maar door dat er steeds meer en meer digitalisering is, is het belangrijk dat ook deze groep kan blijven meedoen aan de samenleving. Het is daarom belangrijk om niet-digitale alternatieven te blijven aanbieden, bijvoorbeeld een telefoonnummer voor hulp bij problemen in plaats van dat men een app of een chatbot moet gebruiken. Ook is het leren van basis digitale vaardigheden belangrijk. Zonder dit, kunnen complexere digitale taken niet worden uitgevoerd. Bijvoorbeeld het doen van een online aankoop of het kunnen werken met een DigiD. Deze groep heeft veel hulp, uitleg en herhaling nodig. Er worden hiervoor cursussen aangeboden en het is belangrijk dat dat ook zo blijft.

Lager opgeleiden hebben extra aandacht nodig wanneer het gaat om alle digitale vaardigheden. Ook is het belangrijk om mensen met een migratieachtergrond (en mogelijk ook een taalachterstand) te ondersteunen met de kritische informatievaardigheden en dan met name het uitvoeren van zoekopdrachten.
Maar nóg belangrijker is het de aandacht te richten op de twee grootste problemen: het herkennen van phishing berichten en het herkennen van nepwebwinkels. Een groot deel heeft moeite om dit te herkennen, maar is zich hiervan niet bewust.
Deze uitdagingen zie je bij een groot deel van de Nederlandse bevolking en het lijkt dan ook een probleem van alle leeftijden en achtergronden te zijn. Veel mensen denken dus dat ze phising en nepwinkels goed kunnen herkennen, maar kunnen dit in de praktijk niet. Met steeds meer nepwebwinkels en phishing berichten is het dan ook zeer belangrijk om de kennis hierover te vergroten en mensen digitaal vaardiger te maken.

 

Nepberichten? Of niet...?

 

 

Meer lezen? Het rapport voor het ministerie van BZK vindt u hier.