Wat vindt u van de situatie in Nederland? (september 2020)

In april hebben wij ruim 1500 mensen gevraagd mee te doen aan de vragenlijst “Wat vindt u van de situatie in Nederland”. 1192 panelleden (77%) hebben de vragenlijst ingevuld. 80% van de panelleden vond de vragen duidelijk (3% vond dat niet) en 68% vond de vragenlijst interessant (6% vond dat niet). Het onderzoek maakt deel uit van het Continu Onderzoek Burgerperspectieven (COB) dat door het Sociaal en Cultureel Planbureau op verzoek van de Voorlichtingsraad (VoRa) elk kwartaal wordt gedaan. Het onderzoek heeft de volgende doelstellingen:

  • Het kabinet voorzien van actuele informatie over ontwikkelingen in opvattingen in de bevolking over maatschappelijke en politieke problemen en doeleinden, inclusief gegevens over algemene tevredenheid en onbehagen en zo mogelijk signaleringen van groepen die ‘negatief’ opvallen.
  • Het informeren van politiek en publiek met uitvoeriger analyses van deze onderwerpen om Nederland in de tijd en internationaal te kunnen plaatsen en verscheidenheid binnen de Nederlandse samenleving in kaart te brengen en te duiden.
  • Een bijdrage leveren aan de publieke discussie over maatschappelijke en politieke problemen en doeleinden door relativering en uitdieping van enquêtegegevens over de publieke opinie met behulp van vergelijkende analyses en kwalitatief onderzoek.

Naast LISS panelleden hebben ook deelnemers van andere onderzoeksbureaus meegedaan aan dit onderzoek (o.a. vanuit Marketresponse, en het CBS). De hieronder weergegeven onderzoeksresultaten zijn dus niet alleen de resultaten vanuit het LISS panel. 

Sinds 2008 vonden er niet eerder zulke grote veranderingen plaats in de publieke opinie. Want deze stond afgelopen april en mei helemaal in het teken van de coronacrisis. De crisis werkt sterk door in de houding van mensen tegenover politiek en samenleving.

Zorgen over kwetsbare groepen, gevolgen voor economie en maatschappij
Ook al was men voorzichtig optimistisch over de positievere cijfers over onder andere bezette ic-bedden, ‘corona’ was met afstand het meest gebruikte woord om de grootste maatschappelijke problemen te benoemen. Ruim de helft (54%) van de mensen maakt zich veel zorgen over het coronavirus, slechts 5% maakt zich helemaal geen zorgen. Ouderen en vrouwen maken zich vaker zorgen dan jongeren en mannen. De zorgen over het coronavirus gaan over de gevolgen voor de volksgezondheid (o.a. de gezondheid van kwetsbare groepen), voor de economie (o.a. voor ondernemers en stijgende werkloosheid) en voor de maatschappij. Men wijst erop dat er nog veel onzeker is. Dat komt doordat het virus nieuw is en met onzekerheden omgeven. Het is onduidelijk wanneer er een vaccin is en wat en hoe groot de gevolgen voor economie en samenleving zullen zijn. Lichtpuntjes zijn er ook: men is positief over de saamhorigheid.

 

Meer waardering voor het samenleven en vertrouwen in de medemens
Maatschappelijk optimisme wordt vooral ontleend aan ervaringen van saamhorigheid, respect en solidariteit in de coronacrisis. Niet alleen is er meer steun voor het idee dat de meeste mensen wel te vertrouwen zijn (nu 69%, vorig kwartaal 63%), men is ook minder somber over een gebrek aan wederzijds respect, aandacht voor wie het minder heeft en immigratie. In het onderzochte kwartaal noteert men ook minder ‘grootste problemen’ en juist meer sterke punten van Nederland.


Sterke stijging van politiek vertrouwen
Het vertrouwen in maatschappelijke en politieke instituties is toegenomen. Het vertrouwen in zeven instituties ligt op het hoogste niveau sinds 2008 Het vertrouwen in de regering is het sterkst gestegen (76% geeft de regering een voldoende) en houdt ook in de maand mei in ieder geval nog stand. Bij de betere cijfers wordt veel verwezen naar de aanpak van de coronacrisis. De ontevredenheid over de Haagse politiek is gedaald.

 

Opleidingsniveau belangrijk voor verschil in opvattingen, sekse minder belangrijk
Over een breed scala van opvattingen over politiek en samenleving is er vaak verschil van mening tussen de helft met het laagste en de helft met het hoogste niveau van algemeen vormend onderwijs. De jongste en oudste helft van de bevolking verschillen minder van elkaar en mannen en vrouwen het minst.


Coronacrisis als waarschuwing en kans
Mensen werden in april erg in beslag genomen door de actualiteit van corona, maar de onderbreking van het normale leven gaf ook ruimte om na te denken over wat echt belangrijk is in het leven. De toekomst werd minder een kwestie van doorlopende verwachtingen en meer van hoop en uitdagingen. De coronacrisis werd wel gezien als wake-upcall, en crisismaatregelen en -initiatieven als bewijs dat er meer verandering mogelijk is dan gedacht. Ondanks grote zorgen leek de crisis de toekomst eerder positief dan negatief te kleuren.

‘Samen’ als leidraad
Als mensen open gevraagd wordt naar hun wensen voor de toekomst van Nederland en de weg daarheen, dan is ‘samen’ het sleutelwoord. Bovenaan de verlanglijst staat een samenleving met gemeenschapszin en verdraagzaamheid, waarin mensen naar elkaar omkijken en respectvol met elkaar omgaan. Dat is niet nieuw, maar anders is nu wel dat mensen in de crisis hebben gezien dat het anders kan (ze zien voorbeelden van hulpvaardigheid en eensgezindheid), en ontlenen daar de hoop aan dat mensen samen--overheid én burgers--de goede weg kunnen inslaan. Andere veelgenoemde wensen voor de toekomst zijn een beter klimaat, een herkenbaar Nederland en afwezigheid van armoede en grote verschillen.

Wilt u meer lezen? Het hele rapport "Burgerperspectieven 2020 | 2" van het Sociaal en Cultureel Planbureau vindt u hier. Dit rapport is ook de bron van de tekst en de afbeeldingen die u hierboven ziet.